Waarom is de oude Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten (Wiv 2002) vernieuwd?

Sinds 2002, het jaar waarin de vorige Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten (Wiv) werd ingevoerd, is er in de wereld veel veranderd. Niet alleen de communicatiemiddelen die mensen gebruiken zijn gemoderniseerd, ook de veiligheidssituatie wereldwijd is aanzienlijk verslechterd.

Moderniseren van bevoegdheden

Met de vorige wet had de AIVD beperkte mogelijkheden om ook communicatie via moderne middelen te onderzoeken en zo dreigingen voor de nationale veiligheid tijdig te onderkennen en te duiden.

Het aansturen en beramen van terroristische aanslagen, cyberaanvallen en spionage-acties gebeurt tegenwoordig namelijk vooral digitaal.

Kwaadwillende personen (of organisaties) bellen steeds minder met elkaar en communiceren vaker in bits en bytes. Zij doen dit op een smartphone, tablet of ander modern communicatiemiddel, maken gebruik van anonieme wifihotspots en wisselen verschillende kanalen af.

Onderzoek naar specifiek internetverkeer op 'de kabel'

Om ons werk effectief te kunnen blijven doen, moeten wij ´daar zijn' waar de communicatie plaatsvindt: op de digitale snelwegen die via internetkabels door Nederland gaan. De Wiv 2017 voorziet in onze behoefte om ook specifiek internetverkeer op de kabel breder te onderzoeken.

Bepaalde moderne bevoegdheden, zoals onderzoeksopdrachtgerichte interceptie (OOG), zouden een grotere inbreuk kunnen maken op de privacy van meer internetgebruikers.

Dit vraagt om een grote (politieke) verantwoordelijkheid. Daarom gelden er in de huidige Wiv stevige voorwaarden in de vorm van meer toetsing, toezicht en controle op ons werk.

Ga terug naar het vraag- en antwoordoverzicht.

Dreigingen, conflicten en aanslagen komen steeds dichterbij. Voelbaar door de aanslagen in Europa, praktisch in onze achtertuin.

Dreigingen zijn complex en stoppen niet bij de landsgrenzen of een virusscanner. We communiceren wereldwijd en doen steeds meer via internet. Dreigingen gaan meer en meer schuil in een stortvloed aan digitale data en zijn daardoor extra moeilijk te herkennen.

Kwaadaardig internetverkeer snelt door dezelfde kilometers glasvezelkabel als dat van ons zonder dat je het merkt en zonder dat de afzender in Nederland hoeft te zijn.

De AIVD en MIVD onderzoeken dreigingen en ontwikkelingen die Nederland en militairen op missie kunnen raken. Zij zoeken informatie die cruciaal is voor hun onderzoeksopdracht.

Dit werk is vastgelegd in de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten die voorschrijft wat de AIVD en MIVD moeten en mogen doen. Maar ook een wet die in de jaren negentig van de vorige eeuw werd gemaakt. Lang voordat er miljarden smartphones en anonieme wifispots waren.

Voor de bestrijding van terrorisme en andere bedreigingen kan de overheid niet stil blijven staan. Daarom is vernieuwing van de wet nodig, met meer bevoegdheden, maar ook met meer toezicht en onafhankelijke controle.

Nu denk je misschien “Wat als ik het verkeerde woord in mijn e-mail gebruik?”, “Gaan ze nu alles van me lezen?” Zo werkt het niet.

De AIVD en MIVD onderzoeken alleen communicatie die samenhangt met hun onderzoeksopdrachten. Deze communicatie wordt primair alleen van de buitenkant bekeken, zoals soort, locatie en afzender. Op zoek naar afwijkingen, zonder de inhoud te lezen. Wat niet nodig is, wordt vernietigd.

De nieuwe wet bevat meer filters: extra waarborgen en meer toezicht.

We moeten weten wat er op ons afkomt, maar bewaken de balans tussen veiligheid, welvaart en privacy.

Een belangrijke inhaalslag en daar gaan we niet laks mee om. Wij staan voor de vrijheid en bescherming van Nederland, een goedgeïnformeerde regering, internationale veiligheid en voor succesvolle militaire operaties in het buitenland.