Toespraak directeur-generaal AIVD op verjaardag van De Correspondent

Toespraak van de directeur-generaal van de AIVD, Rob Bertholee, bij de tweede verjaardag van De Correspondent over de rol van de AIVD, de veranderende wereld en het vraagstuk van veiligheid en privacy.

Geachte aanwezigen,

Op een verjaardagsfeest feliciteer ik graag allereerst de jarige. Met een prachtige prestatie: 35.000 leden in twee jaar tijd, een uitverkocht festival, maar vooral met al die artikelen die door zoveel mensen gewaardeerd worden. Ik heb genoten van het artikel over 'Operatie Leunstoel' en van het verslag ervan op televisie.

Voor diegenen die het gemist hebben: het is een prachtig verhaal over spionage en contra-inlichtingen. Over microfoons en zenders in houtsnijwerk in de Amerikaanse ambassade in Moskou en over vergelijkbare apparatuur in nieuwe meubels voor de Russische ambassade in Den Haag. Een verhaal over de Koude Oorlog. Voltooid verleden tijd zou je denken. Toch?

Ik zou óók graag een meer recent succes met u delen. Een verhaal over het oppakken van een signaal uit onze samenleving, over het verzamelen van informatie, over een spannende actie, of over een buitenlandse spion die we op heterdaad betrapten. En die verhalen zijn er! Maar helaas, de Wet op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten verbiedt me iets prijs te geven van ons ‘actuele kennisniveau’, of over onze ‘actuele werkwijze’. De verleiding is groot, maar de Wiv 2002 is een strenge wet.

De vraag die mij is gesteld voor deze voordracht: '‘In welke wereld leven wij straks’', kan ik slechts in grote lijnen en met heel veel slagen om de arm beantwoorden.

Ik zie dan wel een wat somber beeld: de problematiek in het Midden-Oosten en Afrika verdwijnt niet zomaar, net zomin als de stroefheid in onze relatie met Rusland. De digitale ruimte biedt ons allen onvoorstelbaar veel mogelijkheden. Met in het achterhoofd de gedachte dat het nog maar acht jaar geleden is dat de iPhone in Europa werd geïntroduceerd, durf ik geen stellige uitspraak te doen over digitale toepassingen in de volgende acht jaar. Maar ik weet zeker dat de digitale ruimte ook dan een ideaal werkterrein is en blijft voor kwaadwillenden.

Wat is de functie van een inlichtingen- en veiligheidsdienst?

Rob Wijnberg zegt als opening op de site van De Correspondent: “De Correspondent is een dagelijks, advertentievrij medium met als belangrijkste doelstelling om de wereld van meer context te voorzien. Door het nieuws in een breder perspectief of in een ander licht te plaatsen, willen wij het begrip 'actualiteit' herdefiniëren: niet om je aandacht te trekken, maar om je inzicht te bieden in hoe de wereld werkt.”

Ook de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst werkt advertentievrij. En ook wij zoeken als dienst voortdurend naar een breder perspectief. We pogen de onzekerheid in onze complexe wereld te reduceren. Onze dienst heeft dan ook als belangrijkste taak vooruit te kijken om de nog ongekende dreigingen tegen onze open maatschappij tijdig te signaleren.

Zo stellen we andere organisaties in staat actie te ondernemen. We dragen bij aan de eigenstandige afwegingen in internationale kwesties door onze regering.

De huidige tijd tijd kenmerkt zich door de snelheid en de veelheid aan informatie in de digitale ruimte. De Correspondent als on-line medium is daar een product van. En maakt er tegelijkertijd gebruik van. Om te duiden.

Maar het internet maakt het ook mogelijk ideeën en angsten te verspreiden in een tempo waar vroeger jaren voor nodig waren. Kwaadwillenden hebben daardoor ongekende mogelijkheden om samenlevingen te ontwrichten. Door de schade zelf (beelden van lichamen onder lakens die worden weggevoerd van de plaats des onheils, uitvallende installaties). Door op afstand getrouwen tot actie aan te zetten. Of door angst te zaaien bij burgers op een schaal en met een snelheid die we niet eerder zagen. Het is voor regeringen bijna onmogelijk de 'power curve' voor te blijven.

Op dat internet hebben we allemaal kunnen lezen en horen dat 1 op de 100, of 1 op de 50, of zelfs 1 op de 20 vluchtelingen en asielzoekers een terrorist zou kunnen zijn, gestuurd door ISIS. Waar of niet waar? Overdreven of onderschat? Die uitspraken zijn in elk geval olie op het vuur van de toch al verhitte discussie over migratie. De AIVD zoekt dus niet alleen die vermeende terroristen, maar moet op basis van inlichtingen ook een objectief beeld geven van de problematiek. Opdat de overheid als geheel met gericht beleid kan reageren. Weloverwogen, met oog voor de risico’s. Opdat we de aard van ons land geen geweld aan hoeven te doen.

Een duidelijke opdracht dus, een grote verantwoordelijkheid ook. Het duiden van informatie, het samenvoegen van puzzelstukjes tot een groter geheel.

Veiligheid en privacy?

We hebben als dienst vérgaande bevoegdheden om informatie te vergaren. Daar zijn we ons van bewust. Als we die bevoegdheden inzetten, maken we inbreuk op de persoonlijke levenssfeer van mensen, op hun privacy. Dat is vandaag de dag een veelbesproken thema. Dat zal het ook in de toekomst blijven. Dat hoop ik tenminste. Laat ik dat uitleggen.

We kennen in Nederland een hoog niveau van veiligheid en comfort. In de discussie over veiligheid, privacy en de bevoegdheden van diensten stellen we steeds de vraag hoeveel privacy wil je opgeven voor je veiligheid? Ik wil die vraag graag eens omdraaien. Hoeveel veiligheid wil je opgeven voor je privacy?

De ėėn wil geen enkele concessie doen aan zijn veiligheid. Hij wil veilig over straat, in de bus, in de trein, in het vliegtuig. Als dat gepaard gaat met minder privacy. So be it! Hij zegt dat hij toch niets te verbergen heeft.

De ander vindt iedere inbreuk op de privacy er één te veel. Hij is zondermeer bereid concessies te doen aan zijn veiligheid.

De AIVD laveert iedere dag tussen deze uitersten, we maken iedere dag de afweging of het doel van ons onderzoek en de inbreuk op de privacy met elkaar in balans zijn.

Privacy heeft er met een toenemend aantal digitale toepassingen wel een dimensie bij gekregen. Maar privacy is goed meetbaar. De wet bindt het handelen van de overheid op dit gebied daarom aan regels. Veiligheid daarentegen is een gevoel. Een scherp kader voor het vereiste niveau van veiligheid is er dan ook niet.

Dus praten we over het wel of niet toegang geven tot iemands 'Whats App'.

Totdat El Khahzanni in de Thalys wordt overmeesterd vlak voordat hij een aanslag lijkt te willen plegen met behulp van een fors arsenaal aan wapens en munitie.

Het is het dilemma van een inlichtingen- en veiligheidsdienst die is ingebed in een democratische rechtsstaat als de onze en die de verantwoordelijkheid heeft dreigingen te signaleren, ook in de 21e eeuw.

Wat is die inbreuk op privacy?

Bevoegdheden als volgen, observeren, tappen en binnentreden in huizen zijn afkomstig uit het arsenaal van de 20e eeuw. In de 21ste eeuw communiceren we in bits en bytes, kunnen virtuele persoonlijkheden zich makkelijk verbergen in de datastroom en toch binnen enkele klikken contact leggen met de andere kant van de wereld.

Vanuit Raqqa zijn de Nederlandse computers van kwetsbare jongens en meisjes met enkele klikken te bereiken. ISIS hoeft niet te reizen. ISIS wacht tot in Nederland iemand een eerste voorzichtige stap doet op het radicaler gedeelte van het internet.

ISIS heeft geen clubhuis dat we onder observatie kunnen houden. ISIS heeft geen vaste telefoon of account bij KPN waarvoor we een taplast bij de minister kunnen aanvragen.

Een staatshacker uit een land dat niet zelf nieuwe producten wil bedenken, maar het credo '‘Liever goed gejat dan slecht bedacht’' aanhangt, neemt niet de bus naar zijn doelwit, maar reist per glasvezel.

Het is onze verantwoordelijkheid is om uit te kijken naar dat ene gesprek of naar die ene worm die onze open samenleving bedreigt, die tijdig te onderscheppen en onschadelijk te maken. Gericht. Met middelen die succes mogelijk maken.

In de koude oorlog kon een microfoon in een leunstoel het verschil maken. In de 21e eeuw zal dat niet meer toereikend zijn. Want de wereld verandert. En wij veranderen dus mee. Dat moeten we. Omdat de dreigingen in de toekomst uit Raqqa komen, of uit de rand van Europa, of uit Azië, of uit Afrika. Omdat ze nog steeds gewoon met het vliegtuig of over de weg komen. Maar we veranderen vooral omdat de dreiging steeds meer in bits en bytes is verpakt.

Hoe de dienst er in de toekomst uitziet? En hoe effectief de dienst kan zijn? Met welke middelen? Ik weet het nog niet. Veel hangt af van de vraag hoeveel veiligheid wij willen ruilen voor privacy. Maar wat ik wél weet is dat ook in de toekomst de AIVD stevig verankerd blijft in de rechtstaat, niet er naast. Met adequaat toezicht en adequate waarborgen. En met hopelijk adequate bevoegdheden.