Afghaanse oud-strijders ronselen Nederlandse jongeren

Maandag 9 september 2002 was Sybrand van Hulst te zien in het tv-programma 'Netwerk'. Het hoofd van de AIVD uitte zijn bezorgdheid over de toenemende kans dat islamitische terroristen aanslagen voortaan dichter bij huis zullen plegen.

Ook onderstreepte hij het belang van het feit dat het mislukken van integratie in Nederland tot grotere onveiligheid leidt, omdat dit een voedingsbodem kan zijn voor terrorisme.

"Nederland is geen terroristenland, maar het zou dom zijn om te negeren dat er radicaliseringsontwikkelingen gaande zijn. We moeten ons realiseren dat de dreiging van het terrorisme groter wordt; het conflict in het Midden-Oosten, Afghaanse oud-strijders die naar het Westen komen, de ontwikkeling van radicale stromingen in Noord-Afrika en Saoedi-Arabiƫ, het charismatische leiderschap van Al Qa'ida zijn allemaal inspiratiebronnen voor die groepen in de moslimgemeenschap, die afwijzend staan tegenover integratie en de Europese cultuur. In bepaalde delen van die gemeenschap treedt er dan ook een radicalisering op. Het penetreren in groepen die zich inlaten met terrorisme vereist een grote operationele vaardigheid en een goede internationale samenwerking."

Het hoofd van de AIVD constateert dat de moeizame integratie van allochtonen direct de veiligheid van Nederland raakt: hoe moeizamer de integratie, hoe gemakkelijker radicale moslims worden benaderd. Van Hulst: "Al vanaf het begin van de jaren negentig heeft de dienst zich toegelegd op het opbouwen van kennis over tegenkrachten bij het integratieproces. Dit vanuit de zorg dat het mislukken van deze integratie (door heimelijke operaties, financiering, activiteiten vanuit het buitenland), uiteindelijk negatief kan uitwerken op de veiligheid in Nederland. Dat zie je uiteindelijk in het onderwerp terrorisme. Er lijkt een verbinding te gaan ontstaan tussen kwetsbare radicale kernen binnen de islamitische gemeenschap in Nederland en oud-strijders uit Afghanistan en de Balkan, die elkaar in Nederland ontmoeten. Sommige mensen, soms tweede generatie Marokkanen, laten zich bekeren tot een zeer radicaal denken en laten zich rekruteren, ook voor terroristische acties. Dit zal ertoe leiden dat doelen voor aanslagen in de toekomst dichter bij huis worden gezocht, ook omdat het moeilijker wordt om voor de strijd af te reizen naar landen als Afghanistan of Tsjetsjeniƫ."