Strafbaarstelling van moderne spionagevormen
Vanaf 15 mei 2025 zijn meer vormen van spionage strafbaar, zoals digitale spionage en diasporaspionage. Hiermee is de nationale veiligheid, de veiligheid van personen, vitale infrastructuur en hoogwaardige technologieën beter beschermd.
De uitbreiding van de wet zorgt voor meer mogelijkheden om op te treden tegen spionageactiviteiten die worden vastgesteld door bijvoorbeeld de AIVD of de MIVD. Er bestond al wetgeving die klassieke spionage strafbaar stelt, zoals het delen van staatsgeheimen. Maar vormen en inzet van spionage veranderen. Ook als een persoon gevoelige informatie lekt die niet staatsgeheim is, of als iemand handelingen uitvoert voor een buitenlandse overheid, is dat nu strafbaar als het de Nederlandse belangen ernstig kan schaden.
Uitbreiding van de wet
De meeste spionageactiviteiten waren al strafbaar volgens de Nederlandse wet. Zo is het vermeend schenden van staats-, ambts- en bedrijfsgeheimen via klassieke spionage aanleiding voor het starten van een strafrechtelijk onderzoek.
Ontwikkelingen van de laatste jaren, zoals het verschijnen van nieuwe (en steeds assertievere) spelers op het wereldtoneel en de toename van digitale spionage, zijn aanleiding geweest om opnieuw te kijken naar de bestaande instrumenten om wettelijk te kunnen optreden tegen spionage.
Het strafrecht kon tot nu toe onvoldoende optreden tegen het verrrichten van andere spionageactiviteiten voor een buitenlandse overheid. Denk daarbij aan het ophalen en bezorgen van pakketjes, het volgen van personen en het verspreiden van informatie.
Nederlandse belangen in gevaar
Met de Wet uitbreiding strafbaarheid spionageactiviteiten wordt het strafbaar om te spioneren voor een buitenlandse mogendheid. Het gaat hierbij specifiek om het opzettelijk uitvoeren van activiteiten die zwaarwegende Nederlandse belangen in gevaar brengen, waaronder de nationale veiligheid en de veiligheid van personen.
Een voorbeeld hiervan is dat een in Nederland wonende persoon, die al eerder contact heeft gehad met een inlichtingenofficier van een ander land, naar het buitenland reist en op diens verzoek documenten meeneemt. Dit soort activiteiten kan worden bestraft met een gevangenisstraf van maximaal acht jaar.
In de meeste gevallen is samenwerken met buitenlandse overheden en uitwisselen van informatie niet strafbaar en zal het dat ook niet worden. Nederland is immers een open samenleving, waar contact met buitenlandse overheden, bedrijven en wetenschappers mogelijk moet blijven.
Nieuwere spionagevormen zwaarder bestraft
Omdat spioneren steeds vaker digitaal gebeurt, gaat de strafmaat van een aantal computerdelicten omhoog wanneer deze acties zijn verricht voor een buitenlandse mogendheid.
Anderen aanzetten ook strafbaar
Tot slot zijn personen die anderen aanzetten tot het uitvoeren van spionage voor een ander land zijn op grond van de nieuwe bepaling ook strafbaar.
Diasporaspionage
Als buitenlandse mogendheden invloed proberen uit te oefenen op gemeenschappen in Nederland die afkomstig zijn uit die landen, noemen we dat diasporaspionage.
Zo wordt onder andere geprobeerd om burgers uit deze gemeenschappen te beïnvloeden vanuit een eigen (vermeend) belang. Ook diasporaspionage wordt strafbaar onder de nieuwe wet.
Of ga terug naar de overzichtspagina: Spionage.