BVD gaat meer aandacht besteden aan Turks extremisme

Minister Dijkstal draagt de Binnenlandse Veiligheidsdienst (BVD) op om politiek extremistische tendensen in de Turkse gemeenschap nauwlettend in het oog te houden.

Naar het fenomeen "Grijze Wolven" of de Turkse Federatie Nederland (TFN) deed de BVD tot op heden geen stelselmatig en structureel onderzoek. Wel blijkt uit informatie dat personen binnen de TFN een dubbele strategie hanteren. Enerzijds streven zij een integratiebeleid na, anderzijds functioneren zij als verlengstuk van de in Turkije gevestigde MHP (Nationalistische Actiepartij). Hun opvattingen staan op gespannen voet met de basisgedachte van de multiculturele samenleving.

Dit schrijft minister Dijkstal van Binnenlandse Zaken vandaag in een brief aan de Tweede Kamer. In de brief geeft de minister in hoofdlijnen informatie over de beweging van de zogenaamde "Grijze Wolven" en de maatschappelijke en politieke context van de Turkse gemeenschap in Nederland.

Belemmerende factoren integratieproces

De minister waarschuwt in zijn brief voor beïnvloeding van organisaties in Nederland door partijen en bewegingen in het land van herkomst. Deze zouden ervoor kunnen zorgen dat in sommige minderheidsgroeperingen bewegingen gestimuleerd worden die afwijken van het integratiedoel. Als mogelijk andere belemmerende factoren voor het integratieproces noemt de minister een toename van de belangstelling voor de Turkse media, de verplichting vanuit de Turkse overheid voor het vervullen van de dienstplicht in Turkije en de tijdelijke detachering van imams vanuit Turkije, die niet zijn ingevoerd in de Nederlandse samenleving.

Organisatie

Aan het begin van de jaren zeventig werd Nederland voor het eerst geconfronteerd met activiteiten van de "Grijze Wolven". De eerste landelijke door "Grijze Wolven" gedomineerde vereniging werd opgericht in 1976 onder de Turkstalige afkorting HUTID (Vereniging van idealistische Turkse arbeiders in Nederland). In 1982 werd, onder invloed van een besmet imago een nieuwe federatie opgericht, de Federatie van Turkse verenigingen in Nederland (HTDF). Deze is, door de vorming van een Europese Koepelorganisatie, in 1995 omgevormd tot de Turkse Federatie Nederland (TFN). De indruk bestaat dat lid-organisaties van de TFN hun aanhang vooral onder de jongeren van Turkse afkomst zoeken. Dit zijn zeker niet alleen jongeren zonder uitzicht op een goede toekomst; integendeel een flink deel spreekt goed Nederlands en heeft een behoorlijke opleiding.

Gesprekken

In de afgelopen weken heeft de minister zowel een gesprek gevoerd met de beide schrijvers van het boek "Grijze wolven, een zoektocht naar Turks extreem rechts", Stella Braam en Mehmet Ülger, als ook met het Inspraakorgaan Turken in Nederland (IOT). Het IOT deelde de zorgen van de minister over de groeiende tegenstellingen binnen de Turkse gemeenschap en wees er tevens op dat de "Grijze Wolven" slechts een fractie vormen binnen de Turkse gemeenschap en dat hun ideologie door de grote meerderheid wordt afgewezen.

Maatregelen

Iedereen, autochtoon of lid van een etnische minderheidsgroep, zal zich moeten aanpassen binnen een multiculturele samenleving. Oorzaken die kunnen leiden tot polarisatie of segregatie moeten worden bestreden. De minister zal de provincie- en gemeentebesturen en de korpsleidingen uitnodigen voor werkoverleg om na te gaan, hoe hier gezamenlijk mee om moet worden gegaan. Tevens zal hij aan de BVD de opdracht geven, extra nauwlettend het oog te houden op alle strevingen van politiek-extremistische aard die de rechtsorde en de cohesie van onze samenleving bedreigen. Indien daarvoor aanleiding is, zal de minister contact opnemen met de Turkse autoriteiten om ongewenste beïnvloeding vanuit het herkomstland tegen te gaan.